Extra informatie
inhoud | |
---|---|
jaar | |
land | |
streek |
€44,95
Regio
Veneto, ruwweg het gebied tussen het Gardameer en Venetië. In het zuiden begrensd door de Po en in het noorden zijn de Alpen al niet ver weg meer. Al sinds 200 v.Chr. wordt hier wijn gemaakt. Huidig bedraagt het wijngaardareaal ca 80.000 ha. Economisch is de wijnsector ook van belang te noemen, Veneto is de grootste exporteur van het land, nog flink groter dan Toscane en Piëmont. In 2021 werd er voor een marktwaarde van € 2,4 miljard verscheept. Beroemde wijnen als amarone, ripasso, soave en prisecco vinden hun weg over de hele wereld.
Het klimaat in Veneto is gematigd, mild mediterraan. De aanwezigheid van veel water (Gardameer, Adriatische zee) temperen de extremen. Zo is er weinig vorst en ook niet de hitte zoals het zuiden van Italië die kent. Er staat vaak wind wat helpt tegen schimmelziekten. Ruim 2000 zonuren staan garant voor een goed rijping. De bodem van de heuvels en bergen is veelal vulkanisch maar we vinden ook kalkrijke kleibodems.
Veel gebruikte blauwe druiven in Veneto: corvina, corvinone, rondinella, merlot. En als wit: garganega, glera, trebbiano di Soave, pinot bianco en pinot grigio.
Wijnhuis
Twee broers, Angelo en Loris, besluiten in 2006 om met hulp van hun vader het werk van hun opa nieuw leven in te blazen: het wijndomein Corte San Benedetto. Het wijnhuis en de bijbehorende gaarden (18 ha) liggen in de gemeente Marano di Valpolicella, in het hart van de Valpolicella Classica. Het is een heuvelachtig gebied met hoogteverschillen tussen 250 en 400 meter boven zeeniveau. De bodem is klei – en kalkrijk. Ze verbouwen corvina, corvinone, rondinella en molinara. De wijnstokken zijn gemiddeld zo’n 40 jaar oud. Een relatief jong huis maar wel met een geschiedenis en reeds een goede reputatie. Dit laatste wordt onderstreept met de wijnen (amarone’s, valpolicella’s en recioto) die hoge scores halen en regelmatig in de prijzen vallen.
Wijn
Corte San Benedetto, Amarone della Valpolicella Conte Mariano DOCG 2018
De wijngaarden liggen in de heuvels op zo’n 100 à 400 meter hoogte, de grond is een mix van klei en kalksteen. De druiven (corvina veronese 60%, corvinone 25%, rondinella 15%) worden met de hand geplukt ca de tweede helft van september. Na een strenge selectie worden de druiven te drogen gezet in houten kratjes. In December worden ze heel voorzichtig geperst en langzaam vergist. De rijping gebeurt op Sloveens eiken, deels in grote vaten (30 HL) en deels kleinere vaten (5 Hl) voor een periode van 5 jaar. De neus is complex met zowel rood als zwart fruit, pruimen en gedroogde bloemen. Een volle wijn die toch heel elegant is, met een fraaie afdronk. Heerlijk bij wild, gestoofd of gegrild vlees, kazen maar ook bij een pizza!